Klussen met Nic deel XX

Na een gezellige klusdag afgelopen weekend met vaders, was het nu tijd om even wat af te maken zodat ik eindelijk gipsplaten tegen de muur kan knallen. Er moesten nog wat latjes ter ondersteuning tussen de staanders gemaakt worden. Nou ik heb het geweten. Want het was natuurlijk niet een kwestie van op de juiste lengte afzagen, nee, ze pasten ook in de breedte niet. Daar moest ook nog wat af. Schuin natuurlijk. Anderhalf uur zagen, schuren, schaven, beitelen, boren en schroeven verder had ik er vijf gedaan. Het is wel goed zo.

Licht in de duisternis

Mijn werk is gelegen aan de prachtige Kanaalweg waar je met de auto lekker hard overheen kan scheuren, omdat er toch bijna niemand is. Daardoor is het voor mij als eenzaam fietsertje vooral ’s avonds levensgevaarlijk, zeker nu het al vroeg donker wordt. Dus had ik besloten om op mijn vrije dag zowel mijn eigen fiets als die van vriendje te voorzien van licht. Zowel voor- als achterlicht op allebei onze fietsen hebben om de een of andere reden de zomer niet overleefd namelijk.

Maar eerst naar de stad voor een beetje shoppen alwaar ik bij de Halfords alsvast een twee voorlichten kocht. De achterlichten hadden alleen nieuwe batterijen nodig. Dacht ik.

Eenmaal thuis snel mijn voorlicht gemonteerd en mijn achterlicht voorzien van batterijen. Helemaal goed! Toen het voorlicht van vriendje vervangen. Ook geen probleem. Alleen zijn achterlicht deed zelfs met nieuwe batterijen helemaal niks. Lampjes stuk. Vervelend. Dus sprong ik op de fiets naar het Smaragsplein om bij de fietsenmaker aldaar een nieuw achterlicht te kopen. Is hij gewoon dicht op woensdag! Nou ja. Dan maar naar de fietsenmaker op de Rijnlaan. Ook dicht op woensdag! Toen had ik bijna geen zin meer, want de volgende fietsenmaker is best ver weg en ik vreesde dat die ook dicht was. (Ik vermoed inmiddels een fietsenwinkel-complot.) Gelukkig is de Praxis wel altijd open, dus uiteindelijk heb ik daar alsnog mijn slag kunnen slaan en na nog een boel prutsen om het goedkope kreng te monteren is het nu eindelijk gelukt.

Wij zijn klaar voor de herfst!

Klussen met Nic (en vaders) deel XIV

Het is pas zaterdagavond maar het voelt alsof ik al een week aan het klussen ben. Gisteren vol goede moed begonnen aan het verplaatsen van een schakelaar voor het licht in de keuken. Stroom eraf, draden doorverbinden, stopcontact aansluiten, stroom erop. Niks. Ja, de aardlekschakelaar sloeg om. Alles weer los. Nog een keer proberen, zoeken op internet, plaatjes bestuderen, maar wat ik ook deed, de aardlekschakelaar bleef omslaan. Toch maar even bellen met vaders, die weet tenslotte van stroom. Ik kreeg een pracht van een plaatje doorgemaild, maar helaas. Niks. Ja, weer die aardlekschakelaar. Toen besloot vaders dat ie zaterdag zelf wel even kwam kijken (ze hadden gewoon zin in mijn vers gebakken brood).

Terwijl ik vanmorgen op de parents zat te wachten besloot ik om dan maar vast de koof-toestand van het plafond te slopen. Dat begon ook heel voorspoedig. Binnen no-time had ik de ene kant weg. De andere kant was problematischer. Die verdwijnt namelijk voor een deel onder het schuine dak en helaas zit hij daar ook vastgeschroefd. Daar kan ik nooit van mijn lang-zal-ze-leven bij. Bummer. Gelukig kwam broertje ook lunchen en die heb ik heel subtiel meteen aan de slag gezet met de decoupeerzaag om zoveel mogelijk weg te zagen. Mooi! Alleen zit er onder de koof een steunbalk constructie, die zo verschrikkelijk kluspipo-lomp dat mijn nieuwe koof (een mooie rechte, geen bogen meer, dank-u-wel) aan alle kanten breder moet worden dan ik dacht. Spulletjes die ik nu in huis heb zijn vooralsnog zinloos.

Toen samen met vaders klooien aan de stroom. Nou, niks dus he! Het lag helemaal niet aan mij. We hebben alles geprobeerd. Nieuwe schakeldraad getrokken (dat was trouwens sowieso wel nodig), stroom uit, stroom aan, werkte prima. Er was licht! Stroom uit. Stopcontact aangesloten. Stroom aan. Poef, zei de lamp. En de aardlekschakelaar trouwens ook. Uiteindelijk bleek dat de schakelaar op de ene groep zit en de stroom voor het stopcontact op een andere. En ergens maakt hij kortsluiting. Nou, daar kom je niet achter. Na anderhalf uur klooien moesten de parents wee weg, en nu heb ik dus een schakelaar die het doet en een mooi stuk Duct Tape over het stopcontact. Poe.

Wat ik nog meer heb? Twee kapotte lampjes, twee vuilniszakken vol met puin, een flink stoffige keuken en wat klein persoonlijk leed: drie kleine blaren op mijn rechterduim, twee kleine blaren op mijn rechterwijsvinger, een grote blaar op mijn linkerduim en een heleboel kleine klussneetjes. Oh en een vette blauwe plek op mijn hand omdat er een stuk koof op gevallen is. Het is maar goed dat ik straks op vakantie ga, want ik word er niet mooier van, dat klussen!

Vaders heeft overigens wel beloofd dat we een dagje samen nieuwe koof gaan bouwen als ik terug ben! Dat is wel gezellig! En nu staat het op internet en komt ie er niet meer onder uit 🙂 Heb er nu al zin in, want klussen met vaders gaat ongeveer zo: eerst gaan we gezellig naar de Praxis en kopen precies net niet wat we nodig hebben, ik geef gereedschap aan en doe uitstekende, intelligente suggesties hier en daar, vaders mompelt af en toe ‘nou word ik echt boos’ en ik roep ‘kuthuis, kuthuis!’. Vader-dochter-dingen, mooi man.

Dingen die niet goed zijn voor je relatie oftewel klussen met Nic deel XVIII

Samen naar de IKEA is uitermate ongezond voor je relatie. Ik ga dan ook nooit samen, want na het laatste debacle heb ik vriendje beloofd dat hij nooit meer hoeft. Daarom was het wel grappig dat toen ik er laatst met mijn ouders was, zij gezellig IKEA-ruzie hadden over een lampje. En het was niet eens zaterdag.

Helaas kan ook samen naar de Praxis toegevoegd worden aan het rijtje ‘dingen die niet goed zijn voor je relatie’. Het was zaterdag, het was er loeiheet (geen airco) en ik kon niet binnen drie tellen vinden wat ik zocht.

(Fok dat, ik moet gewoon spijkers. Normale, gewone spijkers in een doosje, niks geen gegalvaniseerde, driedubbelgedraaide knelkoptoestanden, maar gewoon spijkers. Om een gipsplaat mee aan de muur te rammen. Gewoon. Spijkers. “Ja, weet je wat jij moet…” zei de zaterdagkracht (die ik overigens niets gevraagd had maar die er ineens was. Ik zat namelijk gewoon even te kijken, wil ik eens een keer geen advies, komen ze je lastig vallen, wil je wel advies dan ben je eeuwen op zoek naar een medewerker. Die dan ook nog wat weet van de afdeling waar je dan bent. Maar dat geheel terzijde.) “…jij moet van die zwarte. Want die roesten niet.” Roesten? Ik ga in de keuken een gipsplaat aan de muur rammen, hoezo roesten? Wegwezen jij, kijk ik neem deze wel, doei.)

Duurt lang, duurt lang. Niet goed voor je relatie. Want de relatie had het warm en wilde zo snel mogelijk weer weg. Dus nu heb ik een mooi zakje spijkers die waarschijnlijk net niet de goede zijn, maar dat kan me niet schelen. Ik moet en zal die gipsplaat ermee aan de muur rammen. Want ik wil niet meer terug naar de Praxis.

In de aanval tegen de fruitvliegjes

Omdat ik door de prednison ontzettend veel honger heb en tevens bizar vroeg opsta, heb ik de tijd en zin om elke dag te beginnen met twee stuks fruit. Nectarines zijn mijn favorieten van het moment, op de voet gevolgd door kiwi en sinaasappel. Die laatste gaat waarschijnlijk ingehaald worden door de mineola, een soort mandarijn maar dan veel sappiger. Zomerfruit, helemaal goed.

Maar.

Binnen een uur na aanschaf van een nieuwe voorraad fruit zit de keuken alweer vol met fruitvliegjes! Die vieze, gore, slome, fladderaars! Waar komen die in vredesnaam toch zo snel vandaan? Wikipedia zegt dat de fruitvlieg – aka drosophila melanogaster – een voortplanttijd heeft van 14 dagen. Dat betekent dus dat ze met zijn allen gezellig in de supermarkt wonen waar ze de hele dag eitjes leggen in mijn fruit. En die eitjes komen meteen uit zodra het fruit mijn fruitschaal raakt. Eenmaal in de keuken verhuizen ze graag van de fruitschaal naar de vuilnisbak zodat je elke keer wanneer je iets weggooit zo’n wolk van die zwabberende beestjes in je gezicht krijgt.

Gatver.

Nou lijkt het misschien dat je nooit meer van die vieze beesten af komt, maar in de loop der tijd heb ik een aantal trucs ontwikkeld voor een snelle en effectieve slachting. Het allerbelangrijkste is om eerst te checken of er misschien fruit ligt te rotten. Daar worden ze namelijk jippig van en poepen ze er meteen twee keer zoveel eitjes uit. Ik zweer het je. Rot fruit is bovendien niet lekker en dat gooi je dus weg. Daarna kun je twee dingen doen. Of je pakt zo’n elektrisch tennisracket en hangt dat boven fruitschaal of vuilnisbak en dan ga je een beetje schudden. Ze knetteren serieus fantastisch! Heb je geen racket, dan pak je de stofzuiger en zuig je ze gewoon op (tip van vriendinnetje). Werkt ook uitstekend!

Maar check dus eerst dat rottend fruit, vooral wanneer je een weekendje weg gaat of een dagje festival doet. Zo’n invasie wil je niet. Echt niet.

Gatver!

Klussen met Nic deel XVII

Daar ben ik weer hoor, deze kluspipo dacht even simpel een randje te kitten. Viel dat even tegen! Toen ik eindelijk na lang graven in de schuur de het kitpistool gevonden had, bleek er natuurlijk nog een oude kitdinges in te zitten die er met geen mogelijkheid uit wilde. Ik snapte er niets van. Duwen, trekken, hamer erbij (dat kan natuurlijk nooit goed gaan, maar ja, op een gegeven moment word je wanhopig), Google. Google zegt ’trek de pen naar achteren’. Aha, zie daar het probleem. Die hele pen zat muurvast. Weer de hamer erbij, paar tikjes en even als een Jerommeke flink draaien en trekken en eindelijk kwam het ding los. Goed. Half uur verder en nog geen ruk gedaan en ik vond het ook eigenlijk wel weer genoeg geweest.

Dat was eergisteren.

Vandaag ben ik verder gegaan met het kitavontuur. En wat blijkt? Kitten zelf is easy! Ik had volgens het stappenplan van de Gamma de boel netjes afgeplakt – ondanks het hoongelach van vriendje. Dan even met dat gekke ding erlangs, afstrijken met je vinger, tape verwijderen en na vijf minuten is het al klaar: een stuks kakstrak kitrandje. Kitten is hardstikke leuk! Ik ben nog op zoek geweest naar nog meer gapende kieren, maar helaas, niks te vinden. Ach ja, het is niet alsof de keuken bijna af is ofzo…

Klussen met Nic deel XV

We hebben eindelijk weer greepjes op de keukenkastjes. Oh, wat heb ik die gemist! En oh, wat was ik blij met de accuschroefboormachine. We hebben namelijk 16 greepjes, keer 2 schroeven per ding en dan nog 4 extra voor de smalle lades. Tel uit je winst. Gelukkig – of moet ik zeggen wonderbaarlijk genoeg – was de accuschroefboormachine ook opgeladen en was ik in 5 minuten klaar.

Volgende klus? Slopen! Jawel! Bovendien komt volgende week de serreboer kijken wat hij met ons lelijke dak kan en hopelijk gaat het dan echt, echt, echt iets moois worden. Er zit schot in de zaak!

Ook leuk: over twee weken heb ik een IKEA-date met moeders. Zou ik haar kunnen overhalen met de auto te komen?

Klussen met Nic deel XIV

Het resultaat van het verven van de keukenkastjes valt me helemaal niet tegen, sterker nog, het wordt hardstikke mooi! Alleen nou zat ik er van het weekend naar te kijken en ze zijn prima mooi wit, maar toch klopte er iets niet. Nog een keer kijken. Geen idee. Zat me niet lekker. Nog meer kijken. Nope. Niks.

Pas gisteravond realiseerde ik me ineens dat er onder de kastjes een dikke plint zit die nog steeds knettergeel is. Aha! De boosdoener! Ik haat geel. Geel is evil! Als ik iets geels aan doe verdwijnt mijn hoofd namelijk. Echt waar.

Anyway, die plint moet dus ook wit. En ik dacht dat ik bijna klaar was met schilderen. Zucht.

Klussen met Nic deel XIII

Ha! Tijd voor een ongelukje! Ik ben een muurtje aan het herstellen met Alabastine Muurglad en dat ging best grappig eigenlijk. Alleen het afschuwelijke filmpje (“Je dacht dat je het niet kon he! Maar je kunt het weeeeeelllll!!!”) liegt een beetje, want om een beetje mooi resultaat te krijgen ben je echt niet in een keer klaar. En ook zonder knoeien lukt niet. Dus had ik een oude handdoek op de grond liggen met wat klodders hier en daar, dat ik vanmiddag in een vlaag van verstandsverbijstering besloot uit te schudden in de tuin.

Alleen die geknoeide klodders worden hard. En die klodders laten los als je flink schud. En die klodders landen dan uiteraard precies op je neus. En had ik al gezegd dat die klodders HARD zijn? Auw! Pijn! Boe! Lelijk woord! Waarom nou toch precies op mijn neusje?